Ga naar de inhoud van deze pagina.
Begroting 2025 versie definitief Begroting 2025 definitief

Balans

In onderstaande balansopstelling is de eindbalans voor 2023, de prognosebalans voor de gewijzigde begroting 2024 en de eindbalans voor de begroting 2025 opgenomen. De eindbalans moet gezien worden als de beginbalans van het daaropvolgende jaar.

Bedragen x € 1.000

Jaarrekening

2023

Begroting 2024

(gewijzigd)

Begroting

2025

Activa




vaste activa




Immateriële vaste activa

0

0

0

Materiële vaste activa

555

981

640

Financiële vaste activa

0

0

0

Totaal vaste activa

555

981

640

Vlottende activa




Voorraden

0

0

0

Uitzettingen met looptijd korter dan 1 jaar

3.396

1.078

1.380

Kortlopende vorderingen

2.863

2.500

2.500

Liquide middelen

4

2

2

Overlopende activa

0

0

0

Totaal vlottende activa

6.263

3.580

3.882





Totaal activa

6.818

4.561

4.522

Bedragen x € 1.000

Jaarrekening

2023

Begroting 2024

(gewijzigd)

Begroting

2025

Passiva




Vaste passiva




Eigen vermogen




Algemene reserves

0

0

0

Bestemmingsreserves

0

0

0

Nog te bestemmen resultaat lopend boekjaar

2.257

0

0

Voorzieningen




Ambtsjubilea

204

204

189

Uitkering voormalig personeel

24

24

0

Proceskosten

216

216

216

Vaste schulden

0

0

0

Totaal vaste passiva

2.701

444

405

Vlottende passiva




Netto vlottende schulden looptijd korter dan 1 jaar

3.521

3.521

3.521

Overlopende passiva

596

596

596

Totaal vlottende passiva

4.117

4.117

4.117





Totaal passiva

6.818

4.561

4.522

In de prognosebalans is er vanuit gegaan dat de mutaties beperkt zijn. Uitgangspunt is eveneens dat GBLT geen eigen vermogen aanhoudt. Het resultaat van het boekjaar wordt verrekend met de deelnemers in de gemeenschappelijke regeling.

Activa

De uitzettingen met een looptijd korter dan één jaar betreffen de uitzettingen van het schatkistbankieren. Deze uitzettingen vormen de sluitpost in de prognosebalans van de gewijzigde begroting 2024 en de begroting 2025.

De kortlopende vorderingen bestaan voornamelijk uit openstaande invorderingsdebiteuren. Dit betreffen de vorderingen als gevolg van kosten voor opgelegde aanmaningen, dwangbevelen en hernieuwde bevelen. De voorziening voor dubieuze invorderingsdebiteuren zijn hierop in mindering gebracht.

Passiva

De netto vlottende schulden met een looptijd korter dan één jaar betreffen o.a. schulden aan leveranciers, te betalen belastingen en verloftegoeden personeel.

De overlopende passiva hebben voornamelijk betrekking op verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en in een volgend begrotingsjaar tot uitbetaling komen.