Gezondheid van medewerkers
Ook in 2021 heeft de coronapandemie een stevig beroep gedaan op de weerbaarheid van onze medewerkers. Om onder deze omstandigheden de gezondheid, het welzijn en de vitaliteit van medewerkers op peil te houden is veel aandacht besteed aan de fysieke belastbaarheid. Er is een thuiswerkbudget beschikbaar gesteld voor een arbo- en ergonomisch verantwoorde thuiswerkplek. Daarnaast kon advies worden ingewonnen bij onze vaste arbo-adviseur om pijnvrij thuis te werken en werden onze medewerkers onder meer via een e-learning regelmatig geattendeerd op het belang van voldoende afwisseling in zitten, staan en bewegen.
Thuiswerken kan echter ook een mentale impact hebben. In dit kader is door leidinggevenden een training Leidinggeven op afstand gevolgd en is veelvuldig contact gezocht met de medewerkers. Ook moedigden we medewerkers aan om zich uit te spreken als ze het psychisch zwaar hadden. Voor een aantal medewerkers is een professionele coach ingeschakeld om hen te ondersteunen. Indien noodzakelijk kregen medewerkers de gelegenheid om (een deel van de tijd) op kantoor te werken. Ter aanmoediging zijn enkele keren presentjes thuisgestuurd.
Ondanks alle inspanningen zijn het afgelopen jaar meer medewerkers door ziekte langdurig uitgevallen. De oorzaak van het verzuim lijkt echter niet altijd te liggen in de coronasituatie. Ook de wachtlijsten in de zorg hebben een nadelig effect op de duur van het verzuim. Diverse zieke medewerkers moesten lang wachten voordat hun behandeling gestart kon worden. Als GBLT een alternatief voor zo'n behandeling kon bieden, bijvoorbeeld door een coach, bedrijfsmaatschappelijk werker of bedrijfspsycholoog in te schakelen, is dat gebeurd.
Invloed op de belastingopbrengsten
De coronamaatregelen hebben ook in 2021 invloed gehad op de belastingopbrengsten. De negatieve effecten zijn minder groot dan wij bij het opmaken van de jaarrekening 2020 dachten. Gedurende het jaar is dit in de rapportages aan de deelnemers dan ook bijgesteld.
Bij de waterschappen voorzien we een afname van de vuillast voor de zuiveringsheffing (overige) bedrijven met gemiddeld 2% vanwege lagere hoeveelheden ingenomen water. De lagere opbrengst voor de deelnemers ligt in een range van -3,6% tot 0%.
De coronamaatregelen hebben geen of slechts geringe effecten voor de zuiveringsheffing woonruimten, verontreinigingsheffing woonruimten, watersysteemheffing ingezetenen en watersysteemheffing ongebouwd.
Bij de gemeenten zien we voor belastingjaar 2021 dat het effect op de opbrengst rioolheffing gebruik vanwege de staffels in de tarieven marginaal is. Doordat evenementen zijn afgelast waar overnachtingen bij plaatsvinden is er wel een lagere opbrengst van de toeristenbelasting.
Ondanks dat de gevolgen voor de WOZ-waarden voor belastingjaar 2021 gering zijn doordat de waarde is bepaald op de peildatum 1 januari 2020, is voor objecten in bepaalde sectoren wel een bijstelling doorgevoerd als gevolg van een uitzonderlijke situatie. Deze objecten (niet-woningen) waren in eerste instantie geblokkeerd voor de aanslagoplegging. Dit in afwachting van meer duidelijkheid en een advies vanuit de Waarderingskamer over de uitzonderlijke situatie. In totaal waren ruim 700 objecten geblokkeerd. Deze objecten zijn medio juni aangeslagen, waarbij de totale waardevermindering als gevolg van de uitzonderlijke situatie ongeveer € 48 mln. bedraagt.
In hoofdstuk 3 wordt specifieker ingegaan op de effecten van de coronacrisis voor de verschillende belastingsoorten.
Invloed op de inning
Anders dan we in 2020 dachten, is nog steeds geen negatieve invloed van corona zichtbaar in het inningsproces. Op alle fronten binnen de inning zijn de resultaten gunstiger dan verwacht: het aantal verzonden invorderdocumenten, het aantal verwerkte faillissementen en het bedrag aan oninbaar afgeboekte vorderingen. Gecombineerd met het feit dat er geen sprake is van een hogere debiteurenstand, moet de conclusie dan ook zijn dat de betaalcapaciteit nog steeds op een goed niveau ligt. Al moet daarbij wel worden opgemerkt dat er na een korte onderbreking ook nog steeds sprake is van steunmaatregelen van de overheid.
Er is beter betaald dan verwacht. Dit heeft echter ook effect op de hoogte van de invorderbaten. Bij meer betalingen binnen de vervaltermijn worden minder invorderdocumenten verstuurd en daardoor ook minder kosten opgeboekt. De realisatie van de invorderbaten ligt in 2021 dan ook significant lager dan de prognose aan het begin van het jaar. Vanuit sociaal oogpunt overigens een mooie ontwikkeling in een lastige tijd.
Invloed op de exploitatie
Zoals verwacht hebben we ook dit jaar hogere belkosten voor het klantcontactcenter gemaakt, doordat medewerkers van het klantcontactcenter veel vanuit huis hebben gewerkt. In de komende periode verwachten we dat medewerkers veel blijven thuiswerken. Hier hebben we rekening mee gehouden in de aanbesteding voor een nieuwe telefooncentrale. Vlak voor de jaarwisseling is de aanbesteding afgerond en in 2022 starten we met de implementatie.