
Voor u ligt de tweede bestuursrapportage 2024 van GBLT. In deze rapportage worden de resultaten van de afgelopen negen maanden afgezet tegen de voornemens zoals deze zijn verwoord in de Begroting 2024 en het meerjarenperspectief.
De waterschaps- en gemeentelijke belastingen voor het heffingsjaar 2024 zijn bijna volledig opgelegd. De aanslagen en de afhandeling hiervan lopen tot op heden dan ook in lijn met de productieplanning en leidt tot voorspoedige prognoses in de voortgangsrapportages van de deelnemers in GBLT.
Wij werken vanuit het principe dat daling van maatschappelijke kosten het gevolg is van goede kwaliteit en dus ook in die volgorde behartigd wordt. Onze processen benaderen wij vanuit klantperspectief met behulp van klantreizen. Deze strategie heeft zich in afgelopen periode weer bewezen. Dit zien wij dan ook terug in de klantbediening. De inzet van breed opgeleide medewerkers aan de telefoon zorgt er steeds vaker voor dat we klanten in één keer kunnen helpen. Daarnaast is het aantal inkomende telefoongesprekken ook dit jaar weer verder gedaald met 3,5% ten opzichte van dezelfde periode in 2023. Ook zien wij een stijging in het bezoek van MijnLoket en MijnOverheid. We hebben dan ook de eerder gerapporteerde klanttevredenheid vast kunnen houden en worden beoordeeld met een 8 gemiddeld. Een mooie bevestiging van onze kwaliteit van dienstverlening. Daarnaast gebruiken wij de feedback van klanten als brandstof voor verbeteren van onze processen en optimalisatie van de dienstverlening. Enerzijds om de kwaliteit vast te houden, anderzijds om te blijven verbeteren.
In de afgelopen periode hadden wij door de stijging van de inflatie en vaste lasten meer klanten met betaalproblemen verwacht. Vergeleken met dezelfde periode vorig jaar, ontvingen we echter iets minder verzoeken om kwijtschelding en beroepen. Als wij naar dezelfde periode vorig jaar kijken ligt het aantal klachten 24% lager. Het proces van postverzending bij overlijden wordt op dit moment herzien en we onderzoeken hoe we dit proces eenduidiger, proactiever en klantgerichter kunnen maken. Bij de informeel afgehandelde klachten vormen de kwijtscheldingsklachten en met name het opsturen van informatie het grootste aandeel. Door het verder uitbreiden van het geautomatiseerde kwijtscheldingsproces hopen wij een deel van deze klachten in de toekomst te kunnen ondervangen.
Het aantal heffingsbezwaren is ten opzichte van 2023 ongeveer gelijk gebleven. Bij de invorderbezwaren zien we een daling van 12%. Zoals reeds in de eerste bestuursrapportage vermeld zien wij tegen de WOZ-waarde een daling in het aantal bezwaren ten opzichte van 2023. Het aantal bezwaren licht echter nog wel aanzienlijk hoger dan in 2022 en voorgaande jaren. Wat daarbij opvalt is dat het aandeel NCNP-bezwaren in 2024 ten opzichte van het totaal is gestegen; in 2023 was ongeveer de helft van het aantal bezwaren ingediend door een NCNP-bureau, in 2024 is dit bijna 60%. Hoewel de druk op de uitvoering hoog is, ligt de afhandeling van de bezwaren op schema om op 31 december alle WOZ-bezwaren 2024 te hebben afgehandeld. Als gevolg van de toename van het aantal WOZ-bezwaren vorig jaar is het aantal ontvangen WOZ-beroepen ook fors toegenomen en dit zet de uitvoering verder onder druk. De voortgang van afhandeling is echter mede afhankelijk van de capaciteit bij de rechtbank.
In de initiële begroting is een bedrag van € 690.000 opgenomen voor de proceskostenvergoeding 2024. Deze is in de begrotingswijziging 2024 op basis van de nieuwe wetgeving voor 2024 bijgesteld naar € 373.000. Op basis van het arrest van de Hoge Raad moeten wij de prognose van de proceskosten echter opnieuw bijstellen naar € 815.000. Deze prognose kan vanwege de onzekerheden in onder andere het toekenningspercentage nog wijzigen.
De meeste ontwikkelingen liggen op koers en sluiten aan bij de ambities zoals opgenomen in de begroting.
De wijzigingen voor het nieuwe belastingstelsel voor de waterschappen treedt één jaar later, op 1 januari 2026, in werking dan was voorzien bij het opstellen van de begroting. Via de Werkgroep Waterheffingen van de Unie van Waterschappen zijn medewerkers van GBLT betrokken bij de voorbereiding voor de implementatie van het nieuwe belastingstelsel. Daarnaast komt de leverancier van het belastingpakket tot de conclusie dat grootschalige aanpassingen in de software niet noodzakelijk zijn. De impact op werkwijze voor de aanslagoplegging zuiveringsheffing bedrijven is echter substantieel voor de waterschappen en GBLT. Hiervoor geldt een overgangstermijn van 10 jaar. Voor de implementatie blijft voor GBLT een intensief testtraject noodzakelijk om de risico's op foutieve belastingaanslagen te minimaliseren.
Voor de zeven deelnemende gemeenten is GBLT bronhouder van de WOZ en leveren we de gegevens van WOZ-objecten aan de centrale basisregistratie. Bij het constateren van onregelmatigheden is het wettelijk vereist dat een afnemer binnen het stelsel van basisregistraties een terugmelding verstuurt naar de bronhouder. Met voorbereidende werkzaamheden is het GBLT gelukt om vanaf november 2024, met alle reeds uitgevoerde activiteiten en de installatie van een nieuwe release van het belastingsysteem, terugmeldingen via de landelijke voorziening te kunnen versturen, ontvangen en afhandelen. Een mooie stap die bijdraagt aan een verbetering van datakwaliteit in de gehele keten.
Wij hebben daarnaast verdere stappen gezet in het vergroten van onze wendbaarheid door onder meer het uitbreiden van het aantal breed inzetbare medewerkers. Deze medewerkers kunnen verschillende taken voor hun rekening nemen. Ook hebben we het nieuwe generiek functiehuis geïmplementeerd en zijn wij gestart met een ontwikkeltraject voor leidinggevenden gericht op het vergroten van het leiderschap, het stimuleren van groei en ontwikkeling en het creëren van eigenaarschap onder medewerkers. Ontwikkelingen die bijdragen aan meer flexibiliteit en wendbaarheid binnen de organisatie.
De afgelopen maanden is verder gewerkt aan de inrichting voor de Wet modernisering elektronisch bestuurlijk verkeer (Wmebv). Doordat het ministerie van BZK de definitieve ingangsdatum heeft aangepast naar 1 januari 2026 verwachten wij ruim vóór deze datum gereed te zijn. We voldoen al aan de zorgplicht die vanuit de Wmebv wordt opgelegd en is ingegaan per 1 januari 2024. Vanuit wettelijke verplichtingen zijn wij ook bezig met de voorbereidingen op de rechtmatigheids-verantwoording. Vanaf 2025 zal het dagelijks bestuur verantwoordelijk worden voor het oordeel over rechtmatigheid, in plaats van de accountant. In overleg met onze accountant Eshuis en met externe ondersteuning bereiden we deze rechtmatigheidsverantwoording voor.
In ons klantcontact en in onze processen worden standaard onze servicebeloften meegenomen. Dit zien klanten terug in onze uitingen, maar ook in onze dienstverlening. In de afgelopen periode hebben we hier weer verdere stappen in gezet door onder andere het bieden van meer flexibiliteit in de betaalwijze door de invoering van een QR-code op een aanslag en meer en duidelijkere informatie op onze website.
In de vergadering van het algemeen bestuur is ingestemd met het voorstel voor aanpassing van de gemeenschappelijke regeling (GR) in verband met de beoogde toetreding van Veenendaal, Woudenberg en Renswoude per 1 januari 2025. Na de zienswijzeprocedure bij de deelnemende colleges en dagelijkse besturen in GBLT heeft het algemeen bestuur besloten in te stemmen met de ontwerp GR en deze vastgesteld. De deelnemers in GBLT en de gemeenten Veenendaal, Woudenberg en Renswoude zijn verzocht uiterlijk 30 november 2024 de besluitvorming af te ronden. Parallel aan het bestuurlijke besluitvormingstraject vinden de voorbereidende werkzaamheden voor het invlechten van de drie gemeenten in de processen van GBLT conform planning plaats. De werkzaamheden die voortvloeien uit het document “Schoon door de poort” liggen daarnaast op schema. Vanuit GBLT helpen daarnaast taxateurs woningen en niet-woningen mee in de herwaardering van de drie gemeenten. Dit met als doel kennis op te doen van en kennis te maken met bestand en werkwijze. De projectgroep is op dit moment dan ook van mening, op basis van de huidige voortgang van het project tot en met september 2024, dat er geen grote issues zijn die tot een no-go zouden kunnen leiden.
Met de eerste negen maanden achter de rug toont GBLT een onderuitputting van de lasten en een voordeel op de baten. Dit voordeel is grotendeels toe te schrijven aan incidentele posten waaronder:
1. lagere salariskosten van eigen personeel doordat niet alle vacatures tijdig zijn ingevuld;
2. rente op schatkistbankieren;
3. hogere invorderbaten door meer invorderdocumenten en hogere tarieven;
4. en bijdragen van derden.
Op basis van de actuele prognose verwachten we een positief resultaat van ongeveer € 0,5 miljoen, dat aan het eind van het boekjaar wordt verrekend met de deelnemersbijdrage. De specifieke kosten voor de proceskostenvergoeding voor de WOZ-bezwaren worden met de gemeentelijke deelnemers verrekend. Ondanks het positieve resultaat van GBLT hebben deze proceskosten alsnog een nadelig effect op de bijdragen van de deelnemende gemeenten.
Namens het dagelijks bestuur,
B.J. van Vreeswijk, voorzitter R.A.C. de Haan, directeur