Ga naar de inhoud van deze pagina.
Jaarstukken 2024 Jaarstukken 2024

Overige thema's

In dit onderdeel komen de volgende onderwerpen aan bod:

  • Inkoop en aanbesteding
  • Risicomanagement, privacy en informatiebeveiliging
  • Klantcontacten
  • Invordering
  • Kwijtschelding
  • Bezwaren en beroepen
  • Klachten
  • Overige ontwikkelingen

Inkoop en aanbesteding

Inkoop heeft een professionaliseringsslag gemaakt. Dit is zichtbaar door de uitkomsten van de audit op het inkoopproces en de verbijzonderde interne controle. Onder andere door te handelen naar het uitgangspunt “we doen wat is afgesproken”, hebben we diverse besparingen gerealiseerd. Dit benadrukt het belang van professionaliteit op het gebied van inkoop en contractmanagement.

Het inkopen en aanbesteden van opdrachten is zowel intern als extern uitgevoerd. De externe inkoopadviseur van Coppa begeleidde de Europese aanbestedingen en was de sparringpartner van onze interne inkoopadviseurs. De meervoudige onderhandse aanbestedingen hebben we intern uitgevoerd.

In 2024 hebben we, na het doorlopen van een Europese aanbesteding, de opdracht ten aanzien van de accountantsdiensten definitief gegund. De opdracht voor de e-HRM-applicatie hebben we via onze softwarereseller gegund. Daarnaast hebben we twee meervoudig onderhandse aanbestedingen doorlopen. Dit waren de opdrachten voor multifunctionele printers en mobiele telefoniediensten. Ten slotte hebben we ter voorbereiding op de Europese aanbesteding ICT-outsourcing een marktconsultatie doorlopen.

Om in te spelen op actuele en relevante situaties heeft de inkoopadviseur een opleiding en verschillende trainingen en webinars gevolgd. Deze hadden betrekking op inkoop en aanbestedingen, de rechtmatigheidsverantwoording en de gevolgen van de Wet DBA (deregulering beoordeling arbeidsrelaties).

Risicomanagement, privacy en informatiebeveiliging

Risicomanagement

Risicomanagement blijft een essentiële pijler binnen onze organisatie, waarbij het 'Three Lines of Defense'-model centraal staat. Beheersmaatregelen zijn genomen om risico's binnen de werkprocessen tot een acceptabel niveau terug te brengen. Doorlopende controles waarborgen de effectiviteit van deze maatregelen en leiden tot continue verbeteringen. Het proces wordt gedragen door betrokkenheid en openheid binnen de organisatie. De inzet op ‘hard’ en ‘soft controls’ zorgt voor een effectieve balans tussen het beheersen van risico's en het optimaal uitvoeren van onze kerntaken.

De implementatie van risicomanagement binnen onze werkprocessen toont aan dat beheersmaatregelen effectief zijn in het ondersteunen van procesbeheersing en het minimaliseren van risico’s. Dit draagt bij aan een efficiënte en betrouwbare uitvoering van onze verantwoordelijkheden op het gebied van belastingen en dienstverlening. Er blijft aandacht nodig voor verdere verfijning en aanpassing aan veranderende omstandigheden.

Als integraal onderdeel van het risicomanagementproces is de frauderisicoanalyse een vast onderdeel van de planning & control-cyclus. Het doel hiervan is om potentiële risico's te identificeren en te minimaliseren. In 2024 zijn geen fraudegevallen geconstateerd, wat de effectiviteit van de huidige maatregelen onderstreept.

Binnen de frauderisicoanalyse is ook een gerichte controle uitgevoerd op het gebied van eigen personeel binnen het verzorgingsgebied van GBLT. Hierbij zijn geen onregelmatigheden of bevindingen vastgesteld. Dit bevestigt dat de combinatie van preventieve en detectieve beheersmaatregelen adequaat functioneert. Het onderstreept daarnaast het belang van voortdurende aandacht voor frauderisico’s binnen onze organisatie.

Privacy en informatiebeveiliging

In 2024 zijn we verder gegaan met het onder de aandacht brengen van privacy en informatiebeveiliging door een gerichte online training (Arda) te ontwikkelen die alle medewerkers van GBLT moeten doorlopen. Arda helpt ons met interactieve modules om de medewerkers bewust te maken van de dreigingen. Hierbij zorgt het er tevens voor dat het bijdraagt aan de compliance met de NIS2-richtlijn, ISO 27001, NEN 7510 en Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Ook is de 'data protection impact assessment' (DPIA) als instrument een vast onderdeel geworden om de privacyrisico's van een gegevensverwerking in kaart te brengen zodat we als organisatie maatregelen kunnen nemen om de risico's weg te nemen.

Datalekken

Jaar

Q1

Q2

Q3

Q4

Totaal

2020

8

4

2

5

19

2021

10

8

8

6

32

2022

4

3

3

9

19

2023

21

11

8

6

46

2024

30

6

9

19

64

In totaal werden 171 beveiligingsincidenten gemeld via de interne meldprocedure. Dit aantal is gelijk aan 2023. Hiervan waren 64 meldingen die vallen onder een datalek. Het aantal gemelde datalekken is iets gestegen ten opzichte van vorig jaar. Drie datalekken zijn gemeld bij de Autoriteit Persoonsgegevens. Vijf datalekken zijn bij de betrokkenen gemeld, waarvan driemaal vanwege meldplicht op grond van de AVG.

In 2024 heeft GBLT iets minder dan 2,0 miljoen fysieke poststukken verstuurd. Het merendeel van de via de interne meldprocedure gemelde datalekken had te maken met het versturen van brieven binnen de processen heffen, invorderen of het uitvoeren van de Wet WOZ. Dit betrof 0,003% van het aantal verstuurde fysieke poststukken. De meeste gemelde datalekken betroffen brieven die verkeerd waren geadresseerd of bezorgd. Dit had uiteenlopende oorzaken zoals menselijke fouten, onjuiste adressen in de subjectadministratie, adreswijzigingen van belanghebbenden binnen het onvermijdelijke tijdverloop tussen het vaststellen van een belastingaanslag, of foutieve postbezorging. De toename van het aantal datalekken relateren wij niet aan een slechtere datakwaliteit, maar aan gegeven (werk)instructies aan medewerkers.

De beveiligingsincidenten die geen datalekken waren, bestonden voornamelijk uit phishingmails en meldingen over verkeerd geadresseerde of bezorgde brieven voor overleden personen of bedrijven.

Baseline Informatiebeveiliging Overheid Self Assesment (BIO-SA)

We zijn gestart met de BIO ENSIA (Eenduidige Normatiek Single Information Audit) rapportage. Hiermee legt GBLT verantwoording af aan het dagelijks bestuur over de staat van informatiebeveiliging op basis van de BIO.

De rapportage laat zien dat GBLT voor wat betreft de informatiebeveiliging goed op weg is. De planning om de uitstaande acties vanuit de rapportage af te ronden heeft enige vertraging opgelopen, de verwachting is dat medio 2025 alle acties zijn afgerond. Dit komt deels doordat de acties meer tijd nodig hebben om af te ronden dan gedacht, maar voornamelijk door beperkingen in de personeelsbezetting door ziekte. Een aantal acties die zijn gedefinieerd hebben voornamelijk te maken met het beschrijven van beleid met betrekking tot activiteiten die inmiddels al uitgevoerd worden, maar nog onvoldoende zijn vastgelegd.

GBLT heeft Key2Control (een kwaliteitsmanagementsysteem) als middel ingevoerd om nog beter opvolging te geven aan de eisen zoals die gesteld zijn in de BIO. Hiermee krijgen we nog beter inzage in de acties die tot een verbetering van onze informatiebeveiliging leiden. We gaan ervan uit dat door het afhandelen van de openstaande actiepunten en de verbeterde inzage door de invoeren van Key2Control we bij de volgende meting op volwassenheidsniveau 4 zitten.

Crisismanagementteam (CMT)

De inrichting van het CMT heeft in 2024 verder gestalte gekregen. We hebben twee simulatiegames gehouden met het team. De focus ligt vooral op zaken die met cybersecurity te maken hebben, op dat vlak liggen voor GBLT de meeste risico’s. Onze IT-afdeling is bezig met het opstellen van een aantal scenario’s die op ons van toepassing kunnen zijn, zodat we goed voorbereid zijn op een crisis en daardoor sneller kunnen schakelen. Mocht het daadwerkelijk tot een cyberaanval komen dan is het crisismanagementteam voldoende geëquipeerd om snel tot actie over te gaan.

Klantcontacten

In de volgende tabel is een vergelijking gemaakt tussen 2023 en 2024 voor de door GBLT ontvangen en beantwoorde telefoongesprekken en de telefonische bereikbaarheid. Daaronder is een overzicht opgenomen van de digitale contacten die ook zijn vergeleken met 2023.

Telefonie

2024

2023

Inkomende telefoontjes

173.090

176.735

Beantwoorde telefoontjes

161.414

166.177

Servicelevel bereikbaarheid

93%

94%

Het aantal inkomende telefoontjes is gedaald met 2% ten opzichte van 2023. De afgesproken bereikbaarheid van minimaal 90% is gehaald (93%). De (positieve) daling in klantrespons heeft de volgende oorzaken:

  • We hebben 18.000 gecombineerde aanslagen meer verstuurd (eigenaar en gebruiker op één biljet) in 2024. Dit voldoet beter aan de wensen van onze klanten. Daarnaast zorgt het voor meer efficiëntie in onze processen en voor een verlaging van de kosten.
  • Er zijn minder WOZ-bezwaren binnengekomen door onder andere de aanpassing van wetgeving en de minder grote waardestijging dan in 2023. Hierdoor hebben wij minder vragen over de WOZ-waarde en bezwaar maken gekregen.
  • Eind 2023 hebben wij medewerkers die via een uitzendbureau bij ons werkten op het klantcontactcentrum/de frontoffice in dienst genomen. Hierdoor is het verloop onder medewerkers aan de telefoon nihil. De gemiddelde kwaliteit van de gesprekken is hierdoor gestegen en de afhandeltijd is gedaald. Nieuwe medewerkers zorgen altijd voor een daling van kwaliteit en een stijging van de afhandeltijd. Door het in dienst nemen van al ingewerkte mensen is dit effect in 2024 niet aan de orde. De tijd die we voorheen investeerden in nieuwe medewerkers konden we nu investeren in training en opleiding van alle medewerkers waardoor zij nog beter in staat zijn om onze klanten in één keer goed te helpen.

Digitale kanalen

2024

2023

Aantal bezoekers website GBLT

735.766

779.814

Berichtenbox van Mijn Overheid

987.190

951.312

Mijn Loket

182.129

182.276

Totaal

1.905.085

1.913.402

Het gebruik van al onze digitale kanalen is licht gedaald (0,4%). Het websitebezoek is gedaald met 5,6%. Uit onderzoek is gebleken dat klanten minder vaak dan in 2023 onze website bezochten om informatie te zoeken over WOZ-bezwaren. Dit hangt samen met de daling van het aantal WOZ-bezwaren in 2024.

In 2024 scoorden wij gemiddeld een 7,9 op het gebied van klanttevredenheid en een 2,2 op het gebied van klantgemak. Dit is beide gelijk aan 2023. Bij de score van het klantgemak (customer effort score) geldt: hoe lager de score, hoe hoger het klantgemak.

Invordering

We hebben de betaalmogelijkheid middels een QR-code toegevoegd op de aanslag. Dit maakt betalen eenvoudiger en het verwerken ervan efficiënter. Afgelopen jaar hebben wij in totaal 100.000 meer betalingen (van € 1,1 miljoen in totaal) ontvangen en 39.000 minder betalingen handmatig hoeven te verwerken. Ons koppelpercentage is met 3,33% gestegen naar 91,4% ten opzichte van 2023. Dit als gevolg van optimalisatie van ons proces, waaronder de QR-code.

Bij buitenlandse vorderingen is de werkwijze aangepast. We hebben hier afgelopen jaar een pilot mee gedaan en vanwege de resultaten hebben we hier een structureel proces van gemaakt. Van de dossiers die zijn opgepakt is in de helft van de gevallen contact geweest met de huurder of eigenaar. In 30% van de gevallen heeft dit geleid tot betaling van de vordering of betaalafspraken. Tot nu toe is in 10% van de gevallen de vordering op oninbaar geboekt op basis van verjaring of geen verhaalsmogelijkheid.

Voor wat betreft de invorderkosten hebben we nieuw beleid opgesteld met betrekking tot de afvoer van de kosten uit coulance in gevallen met een berichtenbox. Per 1 januari 2025 wordt dit ingevoerd en conform beleid uitgevoerd en gecontroleerd.

Invorderdocumenten

2024

2023

Herinneringen

86.148

82.344

Aanmaningen

144.868

149.821

Dwangbevelen

83.790

83.346

Hernieuwde bevelen (betekend)

15.463

21.445

Totaal

330.269

336.956

Ondanks dat er meer aanslagen zijn verstuurd in 2024 ten opzichte van 2023 zijn er minder aanmaningen verstuurd. Dat kan het gevolg zijn van het invoeren van de QR-code waarmee betalen gemakkelijker is gemaakt. Logischerwijs vloeien daar minder aanmaningen uit voort. Daarnaast is de werkwijze van de deurwaarder de afgelopen twee jaar mogelijk een oorzaak van deze vermindering doordat minder 'herhaalverkeer' ontstaat.

Het aantal herinneringen is licht toegenomen. Dit betreft de groep klanten die voor het eerst in drie jaar te laat betaald heeft. Omdat we ieder jaar onze tijdigheid en planning verbeteren heeft dit ook invloed op het aantal documenten. Dat neemt daardoor toe.

Kwijtschelding

In onderstaande tabel is het verloop van de werkvoorraad kwijtscheldingsverzoeken en -beroepen weergegeven voor 2024 van de waterschappen en gemeenten afzonderlijk. Ter vergelijking zijn ook de aantallen van 2023 opgenomen.

Waterschappen

Onderhanden werk eind vorig jaar

Ontvangen lopend jaar

Totaal te verwerken

Verwerkt

Onderhanden werk

Verzoeken 2024

2.074

94.792

96.866

94.758

2.108

Verzoeken 2023

3.221

98.614

101.835

99.761

2.074







Beroepen 2024

239

2.019

2.258

2.080

178

Beroepen 2023

260

2.847

3.107

2.868

239

Gemeenten

Onderhanden werk eind vorig jaar

Ontvangen lopend jaar

Totaal te verwerken

Verwerkt

Onderhanden werk

Verzoeken 2024

275

9.321

9.596

9.370

226

Verzoeken 2023

432

9.590

10.022

9.747

275

Verzoeken diftar 2024

14

4.162

4.176

4.093

83

Verzoeken diftar 2023

18

585

603

589

14







Beroepen 2024

45

324

369

326

43

Beroepen 2023

39

433

472

427

45

Een van de deelnemers heeft vanaf 2024 diftar ingevoerd. Om de aantallen te kunnen vergelijken met 2023 zijn de verzoeken diftar afzonderlijk in de tabel van de gemeenten gepresenteerd. De aantallen in de eerste twee regels van de tabel zijn exclusief diftar. De toename van het aantal verzoeken voor diftar wordt grotendeels door deze invoering veroorzaakt.

Ondanks verruiming in beleid is het aantal verzoeken, vooral bij de waterschappen, gedaald. Verder is bij de beroepen een overduidelijke absolute én procentuele daling te zien. Deze daling is het gevolg van kwaliteitsverbetering bij kwijtschelding in 2024. Deze verbetering is bereikt door het opleiden van nieuwe medewerkers en bijeenkomsten met alle interne en externe betrokkenen bij kwijtschelding. In deze bijeenkomsten worden wijzigingen op eenduidige manier doorgenomen en met elkaar besproken, wat leidt tot een goede borging van wijzigingen. In het laatste kwartaal is een start gemaakt met de overgang naar kwijtschelding 3.0. Dit project wordt in 2025 afgerond.

In 2024 is daarnaast gewerkt aan de voorbereiding om in 2025 door verbetering van de datakwaliteit direct meer verzoeken kwijtschelding te verlenen en ook, op basis van goede datakwaliteit, direct af te wijzen. Deze voorbereidingen hebben in 2024 al geleid tot een verschuiving van 6% van handmatige kwijtschelding naar automatische kwijtschelding.

Bezwaren en beroepen

In onderstaande tabellen geven we inzicht in het aantal ontvangen en verwerkte bezwaren en beroepen. In de tabellen wordt onderscheid gemaakt tussen heffings- en invorderingsbezwaren en -beroepen én WOZ-bezwaren en -beroepen. Daarnaast wordt de vergelijking gemaakt met 2023 om zo een beeld te geven van de ontwikkeling van het aantal bezwaren en beroepen en de verwerking ervan.

Bezwaarschriften 2024

Ontvangen bezwaren per heffingsjaar

Verwerkt

Toegekend

%

Afgewezen

%

Onderhanden werk

Heffingsbezwaren

15.492

14.677

65

35

815

Invorderingsbezwaren

1.209

1.183

6

94

26

WOZ-bezwaren*, waarvan:

7.149

6.925

30

70

224

- WOZ-bezwaren NCNP

4.275

4.116

20

80

159

*aantal objecten

Bezwaarschriften 2023

Ontvangen bezwaren per heffingsjaar

Verwerkt

Toegekend

%

Afgewezen

%

Onderhanden werk

Heffingsbezwaren

14.917

14.417

65

35

500

Invorderingsbezwaren

1.245

1.216

9

91

29

WOZ-bezwaren*, waarvan:

12.038

11.628

31

69

410

- WOZ-bezwaren NCNP

6.170

5.923

25

75

247

*aantal objecten

Heffings- en invorderingsbezwaren

Bij de heffingsbezwaren zien we in 2024 een stijging ten opzichte van 2023 van 4%. Dit betreft zowel de bezwaren als de ambtshalve verminderingen na bijvoorbeeld controles of telefonisch contact. In de afhandeling zien we gelijke getallen, zowel in 2023 als in 2024 is 35% van de bezwaren ongegrond verklaard. In het eerste kwartaal van 2025 wordt een evaluatie gedaan over de ontvangen bezwaren en met name de gegronde bezwaren. Uit deze evaluatie zal moeten blijken wat de oorzaken zijn van de gegronde bezwaren en waar we verbeteringen kunnen doorvoeren om het aantal bezwaren terug te dringen.

Het aantal bezwaren tegen de invorderingskosten is in 2024 nagenoeg gelijk aan het jaar ervoor. Ook dit jaar zien we dat veel van de bezwaren ongegrond worden verklaard. Uit een steekproef blijkt dit om 94% van de bezwaren te gaan.

WOZ-bezwaren

Bij de WOZ-bezwaren zien we een forse daling van 40% van het aantal ontvangen bezwaarschriften ten opzichte van 2023. Het aantal bezwaarschriften is niet helemaal terug op het niveau van 2022, maar wel flink gedaald. Het aandeel NCNP-bezwaren is toegenomen ten opzichte van 2023, van 50% van het aantal bezwaarschriften naar 60%. De afhandelingspercentages van de bezwaarschriften zijn beide jaren nagenoeg gelijk: 30% van de bezwaren wordt gegrond verklaard, 70% ongegrond. Als we inzoomen op de NCNP-bezwaren zien we daar waar in 2023 25% werd toegekend, dat in 2024 met 20% lager ligt. De afhandeling van de bezwaren ligt op schema, 97% van de bezwaren is op 31 december afgehandeld. De overige 3% is verdaagd met zes weken en wordt in de eerste zes weken van 2025 afgehandeld.

Proceskostenvergoeding

Vanaf 2024 waren nieuwe regels van toepassing voor vergoeding van de proceskosten. Op het tarief van € 310 voor proceskosten in belastingzaken kon een factor 0,25 toegepast worden. Dit heeft geleid tot een bijstelling van de initiële begroting van € 690.000 naar € 373.000. De Hoge Raad heeft echter op 12 juli 2024 beslist dat het lagere tarief van € 310 voor belastingzaken buiten toepassing moet blijven in verband met een mogelijk discriminerend onderscheid. Daardoor is ook voor belastingzaken het tarief van € 624 per proceshandeling van toepassing. Verwacht werd dat het bedrag van de begrotingswijziging door het arrest van de Hoge Raad niet meer toereikend zou zijn, ook omdat het aantal bezwaren in 2024 hoger is dan waar bij de berekening van was uitgegaan. Het lagere toekenningspercentage NCNP-bezwaren zorgt ervoor dat de financiële gevolgen aanzienlijk minder groot zijn dan vooraf werd ingeschat bij de tweede bestuursrapportage van 2024 (€ 815.000).

In totaal is in 2024 afgerond € 283.000 aan proceskosten in bezwaarzaken uitgekeerd over heffingsjaar 2024. Nog niet alle WOZ-bezwaren 2024 zijn afgehandeld. Dit geldt ook voor de nog lopende en nog te verwachten beroepszaken. In 2025 zal dus nog een deel aan proceskosten uitgekeerd worden. De verwachting is dat het om circa € 182.000 zal gaan.

Per 2025 is een wetswijziging van toepassing voor de vermenigvuldigingsfactor die toegepast wordt bij proceskosten in WOZ-zaken. De factor van 0,25 is per 2025 voor bezwaarschriften aangepast naar factor 0,125.

Beroepen

Onderstaande tabellen geven een overzicht van de beroepsprocedures. Daarbij is een onderverdeling gemaakt in de ontvangen heffings- en invorderingsberoepen en de ontvangen WOZ-beroepen.

heffen en invorderen

Onderhanden werk

eind vorig jaar

Ontvangen

lopend jaar

Totaal te verwerken

Verwerkt

(uitspraak/ingetrokken)

Onderhanden werk

Beroepen

44

59

103

46

57

Hoger beroepen

7

2

9

7

2

Cassatie

0

2

2

0

2

Totaal

51

63

114

53

61


WOZ (aantal objecten)

Onderhanden werk

eind vorig jaar

Ontvangen

lopend jaar

Totaal te verwerken

Verwerkt

(uitspraak/ingetrokken)

Onderhanden werk

Beroepen

157

312

467

281

188

Hoger beroepen

13

7

20

15

5

Cassatie

1

0

1

1

0

Totaal

240

247

487

294

193

Ten opzichte van het ‘Onderhanden werk eind vorig jaar’ is het aantal openstaande beroepen voor heffen en invorderen iets toegenomen. De voornaamste oorzaak is de beperkte capaciteit bij de rechtbank voor het inplannen van zittingen waardoor een uitspraak langer op zich laat wachten.

Het aantal ontvangen WOZ-beroepen is voornamelijk begin 2024 voor het belastingjaar 2023 fors toegenomen. Dit is min of meer een logisch gevolg van de forse toename van het aantal WOZ-bezwaren vorig jaar. Dit jaar zijn voor 2023 in totaal 161 WOZ-beroepen ingediend bij de rechtbank en 78 beroepen tegen 2024. Voor 2024 gaat dit aantal in ieder geval nog stijgen, omdat voor een aantal uitspraken op bezwaarschriften de termijn voor het indienen van een beroep bij de rechtbank nog niet is verstreken. Gezien de beperkte capaciteit bij de rechtbank voor het inplannen van zittingen duurt de definitieve afhandeling van een procedure langer dan normaal.

Hieronder zijn vier procedures van het afgelopen jaar nader toegelicht.

Hoger beroepsprocedure watersysteemheffing rijkswateren

Een landelijke natuurorganisatie heeft bezwaar gemaakt tegen aanslagen watersysteemheffing voor ongebouwde onroerende zaken gelegen in rijkswateren. De natuurorganisatie wijst op het Waddenzeearrest en stelt dat de heffingsbevoegdheid niet geldt voor rijkswateren. In samenspraak met de betrokken waterschappen en de natuurorganisatie is besloten een rechter te laten oordelen over enkele representatieve percelen. Die uitspraak is vervolgens richtinggevend voor de bezwaren waarop nog beslist moet worden. De rechtbank heeft uitspraak gedaan en geoordeeld dat percelen gelegen in rijkswateren niet aangeslagen mogen worden. In overleg met de betrokken waterschappen heeft GBLT hoger beroep ingesteld. Het Gerechtshof heeft op 26 november 2024 uitspraak gedaan en geoordeeld dat het hoger beroep van GBLT ongegrond is. In overleg met de betrokken waterschappen is besloten om geen beroep in cassatie in te stellen. Dit betekent dat de bezwaren voor de belastingjaren 2020 tot en met 2023 worden toegekend.

Beroepsprocedure drijvende zonneparken

Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft op 4 juni 2024 uitspraak gedaan over het hoger beroep dat GBLT heeft ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank dat drijvende zonnepanelen op water roerende zaken zijn. Het Gerechtshof oordeelt dat het hoger beroep ongegrond is. Het drijvende zonnepark wordt gekwalificeerd als een schip en daarmee een roerende zaak. Het Hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat de opgelegde belastingaanslag moet worden vernietigd. In overleg met de gemeente is besloten om geen beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad.

Beroep in cassatie forfait voor woonruimten (zuiveringsheffing)

De zuiveringsheffing voor een woonruimte bedraagt drie vervuilingseenheden, tenzij de woonruimte door één persoon wordt gebruikt, dan bedraagt het aantal vervuilingseenheden één. Dit forfait volgt uit de Waterschapswet. In een beroeps- en hoger beroepsprocedure stelde een belanghebbende zich op het standpunt dat de heffing naar drie vervuilingseenheden bij een tweepersoonshuishouden in strijd is met het discriminatieverbod. De rechtbank en het gerechtshof gaven belanghebbende hierin geen gelijk. Deze belanghebbende heeft inmiddels beroep in cassatie ingesteld. De Procureur-Generaal heeft een conclusie opgesteld en geeft hierin aan dat er inderdaad sprake is van een discriminatieverbod maar adviseert om dit door de wetgever aan te laten passen. Op een later moment doet de Hoge Raad uitspraak.

Beroep tegen beschikking hoedanigheidscorrectie

Twee belanghebbenden hebben beroep ingesteld tegen de zogeheten beschikking T-correctie (ook wel hoedanigheidscorrectie). In deze beschikking staan voorschriften hoe belanghebbende de uitkomst van de methode tot bepaling van het chemisch zuurstofverbruik mag corrigeren als dit in belangrijke mate is beïnvloed door biologisch niet of nagenoeg niet afbreekbare stoffen. De hoedanigheidscorrectie leidt voor heffingsplichtigen tot een lagere heffing. De voorschriften in de beschikking T-correctie zijn daarom mede bepalend voor de hoogte van de belastingaanslag. Door GBLT is het verweerschrift in juni 2024 ingediend. Op 21 januari 2025 heeft de rechtbank een zitting hiervoor ingepland.

Klachten

Klachten

Ontvangen

Informeel afgehandeld

Formeel afgehandeld ongegrond

Formeel afgehandeld gegrond: bejegening

Formeel afgehandeld gegrond: bereikbaarheid

Formeel afgehandeld gegrond: communicatie

Formeel afgehandeld gegrond: overig

In behandeling

2024

161

138

12

0

2

2

3

4

2023

228

182

24

1

0

4

10

7


De dalende trend in het aantal ontvangen klachten van afgelopen jaren heeft zich voortgezet in 2024. Het aantal ontvangen klachten in 2024 is met 29% gedaald ten opzichte van 2023. Van de 161 ontvangen klachten zijn we bij het merendeel (86%) op informele wijze tot een oplossing gekomen. In totaal hebben we 19 klachten formeel afgehandeld. Daarvan zijn 12 klachten ongegrond verklaard en 7 klachten gegrond. Alle klachten zijn binnen de wettelijke termijn afgehandeld. Op 31 december zijn nog 4 klachten uit 2024 in behandeling.

De belangrijkste reden voor klagen is de afhandeling van het kwijtscheldingsverzoek. Nadat een administratief beroep is ingediend staat alleen de mogelijkheid van een klacht open. Vaak gaat het om de wijze van berekening en komen we op informele wijze tot een oplossing.

De Nationale Ombudsman heeft in 2024 30 klachten over GBLT ontvangen. Dat aantal ligt 29% lager dan in 2023, toen waren het er 42. In 2024 heeft de Nationale Ombudsman 13 klachten over GBLT inhoudelijk behandeld, waarvan 8 klachten tussentijds zijn beëindigd of opgelost. En 5 klachten zijn afgehandeld met een onderzoek en een brief naar de klager.

Overige ontwikkelingen

Wet modernisering elektronisch bestuurlijk verkeer (Wmebv)

De afgelopen periode hebben wij verder gewerkt aan de inrichting ten behoeve van de Wmebv om klaar te zijn voor de gestelde invoeringsdatum van 1 januari 2025. Het ministerie van BZK heeft echter de definitieve ingangsdatum voor de Wmebv aangepast naar 1 januari 2026. Dit besluit is onder andere een gevolg van een onderzoek dat de VNG uitvoerde naar de haalbaarheid en uitdagingen van de Wmebv. Dit onderzoek werd eerder dit jaar uitgevoerd onder gemeenten, gemeenschappelijke regelingen en gemeentelijke uitvoeringsorganisaties. Uit dit onderzoek bleek dat gemeenten het belang van digitale dienstverlening onderschrijven. De verwachting was echter dat slechts een beperkt aantal gemeenten op 1 januari 2025 volledig zou kunnen voldoen aan de vereisten van de wet.

Doordat de ingangsdatum is aangepast naar 1 januari 2026 verwachten wij ruim vóór deze datum gereed te zijn. We voldoen al aan de zorgplicht die vanuit de Wmebv wordt opgelegd en is ingegaan per 1 januari 2024.

Rechtmatigheidsverantwoording

Vanuit wettelijke verplichtingen zijn wij ook bezig met de voorbereidingen op de rechtmatigheidsverantwoording. Vanaf 2025 zal het dagelijks bestuur verantwoordelijk worden voor het oordeel over rechtmatigheid, in plaats van de accountant. In voorbereiding hierop hebben wij in overleg met onze accountant Eshuis en met externe ondersteuning gewerkt aan een plan voor verdere ontwikkeling van de rechtmatigheidsverantwoording. Voor de jaarrekeningcontrole van 2024 is de accountant nog verantwoordelijk voor het rechtmatigheidsoordeel. In 2024 hebben we het kwaliteitsmanagementsysteem Key2Control aangeschaft. Dit gaat ons de komende jaren helpen bij de rechtmatigheidsverantwoording.

Wet versterking waarborgfunctie Awb

De Wet versterking waarborgfunctie Algemene wet bestuursrecht (Awb) heeft ter consultatie voorgelegen. Dit wetsvoorstel past de Awb aan en heeft tot doel de overheid te stimuleren besluiten voor burgers begrijpelijker te maken, zich bij de uitvoering van taken meer te verplaatsen in de burger en zich minder formeel op te stellen. Door zowel de UvW als de VNG is een zogeheten uitvoeringstoets uitgevoerd. GBLT was vertegenwoordigd in de begeleidingscommissie van de uitvoeringstoets die de UvW heeft uitgevoerd. De informatie die is opgehaald gaat nu het wetgevingstraject in. Het ministerie kan op basis van deze informatie nog aanpassingen doen in het wetsvoorstel voordat het naar de Tweede Kamer wordt gestuurd ter besluitvorming.

Digitale toegankelijkheid

Met het Besluit digitale toegankelijkheid overheid zijn overheidsorganisaties verplicht hun websites en apps toegankelijk te maken én te houden. Drie jaar geleden is op het digitale loket van GBLT een toegankelijkheidsonderzoek uitgevoerd en voldeed het loket volledig aan de normen (score A). In 2024 heeft de leverancier van Mijn Loket opnieuw een audit laten uitvoeren rondom digitoegankelijkheid. Een onderzoek om vast te stellen welke aanpassingen nodig zijn om weer de hoogste score te behalen. Dit rapport is vervolgens verwerkt in een nieuwe toegankelijkheidsverklaring en heeft geleid tot een score B. Momenteel vindt de voorbereiding voor de implementatie van een nieuwe Mijnloket-omgeving plaats. Een nieuwe omgeving waarin ook invulling wordt gegeven aan de benodigde wijzigingen voor de A-score. Na de implementatie van deze nieuwe omgeving volgt dan ook opnieuw een audit en een onderzoeksrapport. Daarna wordt de verklaring en bijbehorende score opnieuw geactualiseerd.

Om structureel invulling te geven aan de eisen vanuit digitale toegankelijkheid is gestart met de voorbereidingen om de eisen binnen het contractmanagement met leveranciers mee te nemen.

Nieuw E-HRM-systeem

Het huidige contract voor het HRM-systeem Motion verloopt per 1 januari 2025. In dit kader heeft GBLT, net als de waterschappen, een nieuw E-HRM-systeem aangeschaft, namelijk YouForce van Visma Raet in combinatie met een uitbesteding van het functionele beheer en de daadwerkelijke salarisverwerking door Confina BV. Wij volgen de arbeidsvoorwaardenregelingen van de waterschappen, waardoor de eisen van de waterschappen ten aanzien van het nieuwe E-HRM-systeem in grote lijnen overeen komen. In juli zijn wij begonnen met de implementatie van het nieuwe systeem. In het laatste kwartaal van 2024 heeft een intensief testtraject plaatsgevonden. Het nieuwe YouForce-systeem is vanaf 1 januari 2025 in gebruik.

Aansluiting gemeente Veenendaal, Woudenberg en Renswoude

In de vergadering van het algemeen bestuur is ingestemd met het voorstel voor aanpassing van de gemeenschappelijke regeling (GR) in verband met de beoogde toetreding van Veenendaal, Woudenberg en Renswoude per 1 januari 2025. Na de zienswijzeprocedure bij de deelnemers in GBLT heeft het algemeen bestuur besloten in te stemmen met de gewijzigde GR en deze vastgesteld. De nieuwe GR inclusief de drie nieuwe gemeenten is per 1 januari 2025 gepubliceerd.

Parallel aan het bestuurlijke besluitvormingstraject hebben de voorbereidende werkzaamheden voor het invlechten van de drie gemeenten in de processen van GBLT in een project plaatsgevonden samen met de drie gemeenten. Vanuit GBLT hebben daarnaast gegevensbeheerders en taxateurs woningen en niet-woningen meegeholpen in de herwaardering WOZ van de drie gemeenten. Dit met als doel kennis op te doen en kennis te maken met de bestanden en de werkwijze.

In december heeft de definitieve dataconversie plaatsgevonden en zijn de inwoners van de toetredende gemeenten geïnformeerd middels een brief. Begin 2025 vinden de laatste afrondende werkzaamheden plaats ter voorbereiding op de eerste kohieren voor de drie gemeenten in februari 2025.

Nieuwe werkplek

In juni 2024 hebben we de ‘moderne werkplek’ in gebruik genomen. GBLT is overgegaan naar Office365 en Onedrive en aan iedereen is een nieuwe laptop en telefoon verstrekt die hierop ingericht zijn. Ook ons wifi-netwerk is vernieuwd. Met de ingebruikname van de nieuwe werkplek zijn we op het vlak van toegangsbeveiliging helemaal up-to-date met onder andere biometrische beveiliging.